Sleutelmomenten in de leesontwikkeling
Sleutelmomenten in de leesontwikkeling
Zoals te lezen is in het rapport 'De doorgaande leeslijn' van Stichting Lezen (2020) zijn er momenten in de ontwikkeling waarbij het risico extra groot is dat kinderen hun motivatie om te lezen kwijtraken. Sommigen ontwikkelen zelfs een weerstand tegen lezen of leesangst. Op deze sleutelmomenten is extra inzet nodig van een helpende volwassene om het kind te stimuleren te blijven lezen.
Er zijn, van baby tot lezende volwassene, vijf sleutelmomenten waarop bijvoorbeeld leesbevorderingscampagnes en -projecten een extra impuls kunnen geven aan de leesmotivatie. We behandelen de drie die van invloed zijn in het basisonderwijs:
1. Voor- en vroegschoolse periode
"De eerste belangrijke fase in de ontwikkeling tot lezer ligt in de eerste levensjaren. Het brein van een baby ontwikkelt zich razendsnel en in deze sensitieve periode wordt de basis gelegd voor de taal- en leesontwikkeling en het leesplezier. Deze jaren maken dan ook het verschil: baby’s, peuters en kleuters met wie veel wordt gepraat en die veel worden voorgelezen, hebben een voorsprong in hun taalontwikkeling vergeleken bij leeftijdgenootjes die minder taalaanbod krijgen. Ze raken geïnteresseerd in verhalen en in lezen. Ze hebben de rest van hun leven profijt van hun voorsprong.'' (De doorgaande leeslijn, 2020, p. 12)
Tips:
- Bespreek tijdens de eerste rondleiding/intake met ouders dat voorlezen belangrijk is, dat zij hun kind gratis lid kunnen maken van de bibliotheek waarbij ze niet alleen toegang krijgen tot fysieke boeken maar ook online middelen zoals de Voorleeshoek en Bereslim.
- Lees voor en praat over boeken.
- Zorg ervoor dat je op school voldoende boeken aanbod hebt die aansluit op je doelgroep. Soms komen kinderen in de kleuterklas die als het ware nog nooit een boek hebben aangeraakt, dan kunnen stevige karton boekjes en andersoortige peuterboekjes een mooi startpunt zijn om te ontdekken wat boeken zijn en hoe je die gebruikt.
- De leerkracht is op school de sleutel om ieder kind aan het juiste boek te helpen.
2. Groep 3 en 4
''Een tweede belangrijk moment is de periode dat kinderen leren lezen, in groep 3 en 4 van de basisschool. Hoe minder geletterde vaardigheden ze in de voor- en vroegschoolse periode hebben verworven, hoe groter de kans dat het leren lezen moeizaam gaat en hun leesmotivatie afneemt. Bovendien krijgen kinderen in groep 3 en 4 teksten voorgeschoteld die gericht zijn op het technisch leren lezen. Het verhalende en literaire, waar kinderen thuis en in de kinderopvang wellicht vertrouwd mee zijn geraakt, blijft achterwege. Het AVI-niveau van teksten bepaalt wat kinderen te lezen krijgen. Het aansluiten bij hun interesses en hun belevingswereld is daarbij ondergeschikt. Dit kan negatieve gevolgen hebben voor het leesplezier en de leesmotivatie.'' (De doorgaande leeslijn, 2020, p. 12)
Tips:
- Blijf voorlezen! Kinderen leren meestal lezen met bovengenoemde AVI-teksten, die vaak van lager niveau zijn, omdat kinderen het technische aspect van lezen eerst onder de knie moeten krijgen. Om kinderen enthousiast te houden voor mooie verhalen is het cruciaal dat de helpende volwassenen blijven voorlezen op het (begrijpend luister) niveau van de kinderen.
- Er zijn steeds meer boeken voor beginnende lezers die naast aandacht voor het technische aspect van lezen ook ruimte geven voor het verhalende of informatieve aspect. Denk aan series zoals Tijger-lezen en BAM! Laat kinderen daarom met diverse boeksoorten en genres kennis maken.
- Praat over boeken en hetgeen kinderen gelezen hebben, bijvoorbeeld in een boekenkring.
- De leerkracht is op school de sleutel om ieder kind aan het juiste boek te helpen.
3. Groep 6
''Een derde sleutelmoment ligt in groep 6 en betreft de periode waarin de kinderen vloeiend en met begrip zouden moeten kunnen lezen. Maar sommige kinderen zijn nog niet zover en hebben nog oefening nodig. Pas als ze zich competent voelen in het vloeiend lezen, ontstaat er ruimte voor tekstbegrip en leesplezier. Rond groep 6 ontwikkelen kinderen bovendien een voorkeur voor andere media, zoals computergames en internet. Wordt het leesplezier niet bevorderd, dan is de kans groot dat deze audiovisuele media het vrijetijdslezen vervangen. Daarom geldt de ‘groep 6-crisis’ als een sleutelmoment voor de leesontwikkeling.'' (De doorgaande leeslijn, 2020, p. 12)
Tips:
- Blijf voorlezen! Ook nu kunnen kinderen vaak al iets moeilijkere boeken begrijpen dan zij zelf kunnen lezen. Voorlezen is een prachtig middel om die verdieping aan te bieden. Ook biedt voorlezen de mogelijkheid om kinderen kennis te laten maken met literaire teksten die ze wellicht niet zo snel zelf uit de kast zouden pakken.
- Blijf op de hoogte van jeugdliteratuur. Je hoeft geen vijftig boeken per jaar te lezen om kinderen te begeleiden naar het juiste boek. (Het helpt wel) Schrijf je bijvoorbeeld in voor onze nieuwsbrief dBos, waar elke zes weken allerlei boekenieuws en boekentips gedeeld worden. Luister met kinderen naar De Waanzinnige Podcast of lees recensies van jeugdliteratuur. En als je enthousiast raakt over een boek, lees hem dan vooral wél.
- Praat over boeken en hetgeen kinderen gelezen hebben, bijvoorbeeld in een boekenkring.
- De leerkracht is op school de sleutel om ieder kind aan het juiste boek te helpen.