Nieuw stadsgedicht: Confrontaties
Stadsdichter Dean vindt het belangrijk om gevoelens en ervaringen van de samenleving bloot te leggen. In zijn nieuwe stadsgedicht beschrijft hij de relatie tussen het publiek en het politieapparaat. Beiden hebben een verantwoordelijkheid naar elkaar en naar de samenleving toe.
Confrontaties
Voor de vijf agenten en de rest
Leer ze: je beste vriend
Ken ze: gevaar
Lees: slechts een paar rotte appels
Weet: hoe het de rest te schand
Zie: Jan Smit/WhatsApp-groep
Lees: anoniem/wit/hollands
Het is alles dat hier thuishoort
Niet zoals dat kankervolk/kutmarrokanen/pauperallochtonen
Zie: geen consequenties
Ondervind ze zelf, want
‘de jas, de schoenen, de auto’
Herinner jezelf, toen je tiener
Alweer in een cel waar je niet hoorde
Hoe je moeder vroeg om uitleg
En het antwoord, want
‘verkeerde haar, verkeerde kleren, verkeerde kleur’
Weet: het mechanisme van de taal; hun taal
Weet: het eufemismecarrousel; de leugens
Vraag: wie zich gespiegeld ziet in de hoeders van de wet
Begrijp: niet voor jou, want niet van jou, want niet jij
Allemaal zijn wij weelde
Gewikkeld in groen-wit-groene deken
Allemaal moeten veilig
In de schoot van deze stad
Weet: geen oplossingen vanzelf
Weet: een burgervader verantwoordelijk
Hoor: niet allemaal
Antwoord: maar wij ook niet
Weet: het veilig van de een als de prijs voor een ander
&
Vraag: wie wensen wij als hoeders voor het hart van Rotterdam